Scholier Fedde vindt dat er soms niet praktisch wordt nagedacht over veiligheid
Fedde Edens houdt van gamen, muziek maken én naar buiten gaan. In zijn supercoole rolstoel met elektrische ondersteuning sjeest hij heel Prinsenland door. Fedde werd elf weken te vroeg geboren en daardoor heeft hij CP, cerebrale parese. Zijn benen werken niet zo goed, maar zijn brein, daar is niets mis mee. Hij is momenteel herstellende van een heupoperatie. Als de pijn weg is, gaat hij meteen weer terug basketballen. “Dat doe ik nu twee jaar en dat vind ik leuk, dan kan ik lekker op mensen inbeuken.”
In Prinsenland, waar hij woont, is het volgens Fedde prima toeven als je in een rolstoel zit en graag buiten bent. De stoepen zijn breed en de wijk is mooi groen. “In de basis is het dus goed. Alleen als er een auto op de stoep staat, is dat wel vervelend. Dan wordt de stoep te smal en moet ik alsnog omkeren. Ook ziet hij weleens dat een oversteekpunt te ingewikkeld wordt gemaakt voor mensen die slecht ter been zijn. “Zo is de T-splitsing richting de Albert Heijn, waar ik graag kom, aangepast. Nu moet je twee keer een stoepopgang over. Maar een stoepopgang is nu eenmaal lastig met een rolstoel, dat doe ik liever niet. Dus dan pak ik dat tweede stukje gewoon het fietspad.”
En dus wordt eigenlijk de plank misgeslagen. Want zo is het veiliger in theorie, maar in de praktijk niet bruikbaar. Op zich is het voor Fedde niet zo gevaarlijk, zegt hij. “Want ik ben in feite een fietser, ik zou eigenlijk een kenteken moeten krijgen.” Zijn moeder, Annemiek, lacht. “Maar niet alleen jij, ook mensen met een rollator hebben hetzelfde probleem.” “Ohja,” zegt Fedde, “Zij doen het ook. Ja, dan is het wel irritant.” Hij gaat graag naar speeltuinen, of de voetbalveldjes in de wijk. Maar soms kan hij daar bijna niet komen. Rondom veel speeltuinen en het voetbalveld is een dijkje gecreëerd. “Dat is dan voor de veiligheid, zodat kleine kinderen er niet uit kunnen. Maar ik kan er amper in, het is 1,5 meter hoog. Dat lukt mij niet zonder hulp.” Ook zijn er speeltuinen met houtsnippers. “Als ik met mijn neefjes en nichtjes ben en zij willen daarheen, dan kan ik eigenlijk niet zoveel.”
Fedde:
Maar goed, dat zijn dingen die vervelend zijn, maar Fedde ligt er niet te lang wakker van. Hij ziet het liever positief. Zo zijn er ook veel dingen die hij heel goed toegankelijk vindt. “De winkels in Prinsenland, ik kan overal wel in. Mijn favoriete winkel is de boekwinkel, ik koop daar de tegoedkaarten voor games. En ik haal graag een krantje voor mama.”
Het OV gebruikt hij niet vaak, ‘want in Prinsenland heb je eigenlijk alles wel’. Soms neemt hij de metro vanaf Kralingse Zoom. Dat gaat prima. “Ik heb wel één opmerking.” Hij lacht. “De lift. Daar stik je een moord van de lucht. Niet normaal!” De bus gaat prima, zegt hij, maar als hij iets langer nadenkt, twijfelt hij daar toch over. “Als ik die vaak zou gebruiken, zou dat misschien wel een dingetje worden. Dan moet telkens iemand zo nobel zijn om mij naar binnen te helpen. Gelukkig hoef ik niet met de bus. Alleen als ik bijvoorbeeld naar de bios ga, met vrienden. Maar dan kunnen zij mij natuurlijk helpen.”
Iets anders waar zijn moeder zich soms zorgen om maakt, maar Fedde wat minder, misschien omdat Fedde nu eenmaal gewoon een jongen van 13 is: “Dat zijn de oversteekplaatsen. Die zijn tussen de geparkeerde auto’s gesitueerd. Omdat je met een rolstoel wat lager zit, kan een automobilist je zo niet zien als hij aan komt rijden. Ze mogen van mij wel iets meer nadenken over de veiligheid van mensen die niet boven de auto’s uitkomen.”
Dit artikel is onderdeel van een reeks die voortkomt uit de Programmalijn Sociale Impact en draagt bij aan onze pijler 'samenleving versterken' vanuit ons kompas Het Goede Doen. We stimuleren bewustwording en concrete acties voor een inclusieve samenleving waarin iedereen kan deelnemen. Onze focus ligt op duurzame, structurele impact, zodat de leefomgevingen die we vandaag ontwikkelen, ook in de toekomst inclusief en toegankelijk blijven.
De (ON)beperkte stad
Wij nodigen je uit om je te laten inspireren door deze verhalen. Om het gesprek aan te gaan en te blijven leren van een perspectief dat niet de norm is. Om zo de samenleving te versterken en gezamenlijk te werken aan een onbeperkte stad, waarin iedereen de kans krijgt om mee te doen.
Dat is voor ons Het Goede Doen.
Credits
De publicatie ‘De (on)beperkte stad’ is een samenwerking van Rotterdam Onbeperkt van Gemeente Rotterdam, Programmalijn Sociale Impact van Dura Vermeer en Social Snackbar.
De verhalen in deze publicatie zijn van Astrid Waalder, Chery Salinas, Fedde Edens & Annemiek Edens-Viergever, Mevrouw Stittelaar van Brenkelen, Misja Immink, Rita van Driel, Sana Ebrahimin, Sonja Cordemans, Suzanne van Ginneken en Willem Philipsen
Proces en productie: Social Snackbar
Tekst: Tara Lewis en Anneke Kortleve
Fotografie: Khalid Amakran via Flowerdales Agency en Paul van Wijngaarden
Vormgeving: ST-DUO