Vader en zoon op hun plek bij Dura Vermeer Bouw Midden West: ‘Wij hebben groen geel bloed’
Sytse (61) en Friso (31) Wagenaar voegen nóg meer familiegevoel toe aan familiebedrijf Dura Vermeer. De vader en zoon, die respectievelijk als hoofd calculatie en projectorganisator werken bij Dura Vermeer Bouw Midden West, kunnen zich geen beter passende werkgever bedenken. “We zijn een familie met groen geel bloed.”
Dat Friso voor een bouwbedrijf of ontwikkelaar wilde werken na zijn studie Bouwkunde, was zo klaar als een klontje. Maar toen hij in 2014 op de arbeidsmarkt kwam, was een baan er niet zomaar. “Het was een moeilijke tijd vlak na de economische crisis, de kansen lagen niet voor het oprapen.” Zijn vader gooide daarom een balletje voor hem op bij zijn werkgever: Dura Vermeer Bouw Midden West. Kort twijfelde Friso of hij wel collega’s met zijn vader wilde worden, maar hij voelde zich tijdens het eerste gesprek al op zijn plek. “Er was niks gelogen aan de positieve verhalen van mijn vader. Dura Vermeer is groot, maar voelt nog steeds als een familiebedrijf. Je kan bij iedereen binnenwandelen, het is laagdrempelig, er wordt hard gewerkt, maar er is een gemoedelijke sfeer en de werknemer staat centraal.”
Door een traineeship kreeg Friso de kans kennis te maken met verschillende functies binnen het bedrijf. Van uitvoerder tot projectorganisator. Friso groeide na zijn traineeship de afgelopen jaren uit tot senior werkvoorbereider en is een paar maanden geleden begonnen aan zijn nieuwe functie als projectorganisator. “Ik vind het mooi dat er binnen Dura Vermeer ruimte is om nieuwe uitdagingen aan te gaan. Ik kan blijven groeien.”
Dura Vermeer mentaliteit
Vader Sytse luistert met een grote glimlach naar het verhaal van zijn zoon. “Ik vind het superleuk dat hij ook bij Dura Vermeer werkt. Het is een fantastische plek om je te ontwikkelen. Dura Vermeer gaat heel ver in het stimuleren van groei op inhoudelijk en persoonlijk vlak, dat is niet overal zo.” En daarbij is de sfeer volgens Sytse heel goed. Met alle collega’s is het prettig samenwerken. We hebben de Dura Vermeer mentaliteit met elkaar gemeen: we zijn pragmatisch, oplossingsgericht en hebben hart voor de zaak.” Een fijne werkplek en -sfeer die hij zijn zoon ook gunde. “Hij is overigens niet aangenomen omdat hij mijn zoon is hoor”, voegt Sytse toe. “Maar het was wel een fijne ingang”, lacht Friso.
Een familie met groen geel bloed
En de familiebanden tussen de Wagenaars en Dura Vermeer gaan nóg een stapje verder, want ook de zus van Friso werkt bij Dura Vermeer. Sytse: “Via een stage is ze bij Dura Vermeer Infra in de HR terechtgekomen en nooit meer weggegaan. Ze vindt het net als ons een prachtig bedrijf. We zeggen altijd dat we een familie zijn met groen geel bloed.” Ondanks de trots dat zijn kinderen ‘bij de club horen’, hangt Sytse de familiebanden niet aan de grote klok. “Het is zeker geen geheim, maar we proberen werk en privé wel zo veel mogelijk gescheiden te houden. Familiedingen zijn voor thuis. Werk is werk.”
Samenwerken
Sommige collega’s weten volgens de twee niet eens dat ze familie zijn, maar daar komt mogelijk verandering in. Voor het eerst zit er door de nieuwe baan van Friso namelijk een direct raakvlak tussen de werkzaamheden van vader en zoon. “Mijn focus ligt op de directe kosten van een project en die van Friso als projectorganisator op de indirecte kosten”, legt Sytse uit. “We zitten nu wel eens bij elkaar aan tafel bij eindbesprekingen van begrotingen.” Uitdagingen brengt dit volgens Friso niet met zich mee. “We behandelen elkaar niet anders dan andere collega’s.” En van echt samenwerken is alsnog geen sprake, legt Friso uit: “Ik werk ook veel met de calculatoren en kostendeskundigen uit de vakgroep van mijn vader.”
Projectorganisator
Wat Sytse en Friso precies doen? “Als projectorganisator kijk ik aan de voorkant van een project wat het kost en hoe we het gaan maken. De hoofdvraag is: hoe kunnen wij dit project het slimst aanvliegen. Welke bouwsystemen gebruiken we en hoe kunnen we de bouwplaats het beste ontwerpen? Ik overleg met de architect, constructeur en onderaannemers over het ontwerp en de bouw, ik maak een begroting voor de algemene bouwplaats kosten en ik kijk op locatie om de situatie te beoordelen.” Het is slechts een greep uit zijn werkzaamheden. “Het is heel divers.”
De impact die een projectorganisator aan de voorkant op een project kan maken, maakt Friso enthousiast. “Mijn beslissingen sturen mede een project een bepaalde kant op. Ik kan een verschil maken en dat vind ik gaaf.” Ook het feit dat het werk hoog cyclisch is, spreekt hem aan: “Als je spanningsboog dreigt af te nemen, ligt er weer wat nieuws op je bureau. Als werkvoorbereider kon ik langer dan een jaar bezig zijn met een project, nu hoogstens zes weken. En de diversiteit aan werken is enorm: van een groep woningen in een weiland tot aan een kantoortoren of school in de binnenstad. Van werken van een paar miljoen tot meer dan 70 miljoen. Elke keer is het weer een nieuwe uitdaging. Een doorsnee dag bestaat niet.”
Toekomstperspectief
Vader Sytse is minstens net zo enthousiast over zijn werk. Als hoofd calculatie en vakgroepcoach staat hij aan het roer van het team calculatoren die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor al het rekenwerk voor nieuwe projecten. “Ik houd mij veel bezig met ramingen van projecten en het nalopen van detailbegrotingen van collega’s. Ik vind het rekenwerk in combinatie met de bouwtechniek prachtig.” Friso voegt trots toe: “Als mijn vader een gebouw ziet, kan hij in een paar tellen zeggen hoeveel het kost.” Sytse lacht bescheiden: “Ik heb alle getallen in mijn hoofd en kan snel analyseren, maar dat is ook echt een stuk ervaring.” Met die jarenlange ervaring op zak, coacht Sytse ook collega’s op inhoudelijk en persoonlijk gebied. “Ik geniet ervan als ik zie dat jonge mensen zich bij ons kunnen ontwikkelen. Ze voelen zich gezien, we zijn actief bezig met de toekomst en dat perspectief zorgt ervoor dat ze bij ons blijven werken. Dat vind ik in deze arbeidsmarkt een flinke prestatie.”
Of Friso net zolang blijft werken als zijn vader durft hij nog niet te zeggen, maar ik sluit nog 20 jaar bij de club, net zoals mijn vader, zeker niet uit. Het bedrijf is continu in ontwikkeling. Er zijn ontzettend veel kansen en mogelijkheden. Ik zie mezelf nog lang niet weggaan.” Ook Sytse denkt ondanks zijn naderende pensioen nog niet aan de eindstreep. “Over een aantal jaren maak ik met liefde plaats voor de nieuwe generatie, maar ik ben beslist niet aan het aftellen. Ik geniet nog elke dag.” En het groen gele bloed, dat blijft door de aderen stromen. “Ik ben toch altijd een beetje trots als ik ergens onze groene bouwketen of kranen zie staan. Dat is het wij-gevoel. We laten echt wat achter op de wereld als bouwer en ontwikkelaar. We kunnen het resultaat van ons werk elke dag door heel Nederland zien. Dat zal nooit vervelen.”